
Ziekteverwekkers, zoals bacteriën en virussen zijn overal. De meeste ziekteverwekkers worden via de handen verspreid. Door regelmatig je handen te wassen met water en zeep, bescherm je niet alleen jezelf maar ook anderen in je omgeving.
Was je handen onder andere:
- wanneer je thuis komt;
- voor het (klaarmaken van) eten;
- na elk toiletbezoek;
- na het aaien of knuffelen van (huis-)dieren;
- na hoesten, niezen of het snuiten van de neus;
- na het aanraken van de vuilcontainer.
Zo was je je handen :
- Was de handen onder stromend water;
- Gebruik (vloeibare) zeep;
- Wrijf de handen goed over elkaar, zorg dat de boven- en onderkant goed bedekt zijn met zeep;
- Minstens 20 seconden;
- Spoel de zeep zorgvuldig af;
- Droog de handen goed af, vergeet hierbij niet de huid tussen de vingers;
Vergeet ook niet je handen te verzorgen met een handcrème.
Gebruik van zeep
Er is keuze uit verschillende (vloeibare en andere) handzepen, zoals anti-bacteriële handzeep en handzeep zonder anti-bacteriële eigenschappen. Sommige mensen voelen zich prettig bij anti-bacteriële handzeep en anderen vinden dat niet nodig. In sommige gevallen, bijvoorbeeld bij het voorkomen van het norovirus (buikgriep), kan het worden aangeraden om gebruik te maken van een handzeep met antibacteriële eigenschappen. In elk geval wordt zowel de effectiviteit als de veiligheid van deze producten met strenge wetgeving gegarandeerd.
Als er geen stromend water aanwezig is, dan is het gebruik van een desinfecterende handgel op alcoholbasis een alternatief. Dit werkt alleen als er geen zichtbaar vuil aan de handen zit.
Kinderen
Leer kinderen aan om regelmatig de handen te wassen. Bijvoorbeeld na het gebruik van het toilet, na het aaien van huisdieren of dieren op de kinderboerderij, na het buitenspelen in de zandbak en voor het eten.
Regelmatig en op de juiste manier handen wassen kan veel ziektes voorkomen.